De ondraaglijke lichtheid van de euro-aesthetic
Over het (gebrek aan) Europese waarden in tijden van MAGA-anxiety
MODERN LEVEN is een driewekelijkse nieuwsbrief die voor het overgrote deel gratis is, maar kan bestaan dankzij betalende leden. Zij krijgen toegang tot extra nieuwsbrieven (bijvoorbeeld over eten in sterrenzaken en vreemdgaan-cafés), tot het chatkanaal en tot het hart van Doortje Smithuijsen.
Misschien komt het door de alomtegenwoordige MAGA-vibes, of doordat ik vlak voor vertrek naar The Brutalist ging, maar ik voel me deze week in Parijs Europeser dan ooit.


In Fondation Henri Cartier hangt momenteel werk van de Algerijns-Zwitserse fotograaf Karim Kal. Het zijn foto’s gemaakt in Tizi Ouzou, een stad in het Noorden van Algerije. Allemaal zijn ze ‘s nachts genomen met een keiharde flits en zonder duidelijk gecentreerd subject. Het zijn beelden die je vader zou bestempelen als kutfoto’s.
Ik vind ze geweldig. Niet alleen omdat ik dat wat op de foto’s staat interessant vind, maar meer nog omdat ik het gevoel krijg dat ik Kal’s foto’s begrijp. Ik begrijp de esthetiek die hij inzet om de pro-democratische rebellie in Algerije in beeld te vatten. Ik begrijp dat dit geen slecht genomen foto’s zijn, maar weloverwogen keuzes: pogingen een honderd jaar oud, extreem gelaagd conflict invoelbaar te maken. Een manier om een situatie in Noord Afrika via een gedeeld esthetisch frame te communiceren naar een Europeaan.
Begrip is een grensoverstijgende, taaloverstijgende commodity. Het voorziet internationale consumptie van een verbindende laag. Na de Kal-tentoonstelling aten mijn vriend en ik bij het nieuwe restaurant van Esu Lee - die in 2018 vanuit Zuid Korea naar Europa verhuisde en nu dumplings kookt met Franse paddenstoelen erin en rijstnoedels met Parmezaanse kaas. Mijn vriend staat in kaaswinkels lange, diepgaande gesprekken te voeren met kaasmakers; over zwarte brie en Baskische schapenkaas, over het verschil tussen kaas maken in Frankrijk en in Nederland, over fromage sauvage - kaas gemaakt zonder synthetisch ingrijpen, zeg maar de kaasvariant van natuurwijn.


Als het gaat om Europese, hippe, linkse millennials die elkaar in het buitenland ontmoeten - de Europese creatieve klasse, zogezegd - gaat het algauw over remote werken in Portugal en havermelk-matchazaken die in elke stad precies hetzelfde zijn. Over zoomcalls vanuit Barcelona, over digital nomads. En als het gesprek eenmaal die kant op gaat, is de irritatiegrens snel bereikt. Want ja, natuurlijk zijn identiteitsloze koffiezaken waar mensen in dezelfde greige outfits collectief op hun Macbook zitten te slacken met een veel dure matcha naast zich stom. Dat zijn ze thuis ook. (Meest extreme Parijse voorbeeld is SAFE: Urban Concept, waar je onder het remote werken ook Balenciaga kleding kan kopen en een spontane tattoo kan laten zetten.)
Het fundament onder die irritatie: de afgelopen jaren is dat wat moet doorgaan voor een paneuropees progressief gevoel gekapitaliseerd door een overwegend Amerikaans Airspace-, Instagram-, Classpass-, Airbnb-, SohoHouse-, Weworkverhaal. Door apps en organisaties die niet Europees zijn, maar wel het intereuropese verkeer onder jongeren zijn gaan bepalen. Wat betreft grensoverschrijdende, links culturele symbolen lijkt er weinig meer over behalve het online delen van natuurwijnetiketten, memes over de Berghain of kleding van hyperromantische, nostalgische merken als Barbour of Rouje of Sezane.
In tijden van ⋆⁺₊✧ aesthetics ✩₊˚.⋆ lijken we vergeten dat esthetiek in essentie draait om een manier van kijken naar de wereld - een manier van waarnemen en waarden toekennen. En niet enkel om het delen van platgeslagen Insta-symbolen van de #eurotour - een van origine Amerikaans reisconcept dat in toenemende mate ook door Europese influencers gemaakt wordt, kennelijk dermate vervreemd van hun eigen continent.
Gedeelde esthetische Europese waarden worden onder invloed van Amerikaanse appificering beroofd van hun subversieve kracht en omgevormd tot iets solistisch. De aesthetic van een internationaal georiënteerd Hoxton-café is in essentie heel individueel: niemand praat met elkaar, iedereen zit aan aparte tafeltjes op z’n eigen laptop. De plek is gericht op het optimaliseren van een ego zonder terroir. Een organisatie als WeWork draait nauwelijks om internationale verbinding; veel meer om het promoten van een ongeworteld, lean en agile bestaan met zo min mogelijk culturele ballast. Om het nabootsen van een Amerikaans georiënteerd expatleven voor de Europeaan. Silicon Valley VC-hotelketens als Sohohouse en Hoxton veranderen monumentale Europese panden in locaties waar je je comfortabel nationaliteitsloos kan wanen; een soort vliegvelden met een betere bar. Op de site van Hoxton Ventures staat letterlijk: we aim to replicate in Europe what we saw work in California.
Terwijl dit soort Soho-isering steeds meer de collectieve ruimte overneemt in Europese steden, wordt het grote Europese verhaal (online) steeds meer gedomineerd extreemrechts. Politici als Geert Wilders, Georgia Meloni en Marine le Pen dagdromen onbeschaamd en hardop over een neofeodaal Europa met dichte grenzen en rastraditionele waarden. Linkse Europese millennials lijken ondertussen weinig concreet weerwoord te hebben. Evenmin laten ze veel van zich horen als apps als Airbnb of ketens als Hoxton hun huizenprijzen onbetaalbaar maken. Niet gek: hun communicatiemiddelen zijn al lang geleden gekoloniseerd door organisaties die ze van elke vorm van wezenlijke betekenis beroofd hebben. Hun beschikbare taalmodellen vertellen ze niks, behalve een constante opdracht van digitale zelfoptimalisatie.



Afgelopen maand schreef de Financial Times over de naderende dominantie van Amerikaanse Gen Z’ers. Na de wereldwijd economisch teleurgestelde millennialgeneratie komt in Amerika een generatie op die alles weet van fintech en online ondernemen en daar wat betreft levensstandaard enorm van profiteert. Omdat de regelgeving wat betreft start ups in Amerika veel gunstiger is dan in Europa, en de huizencrisis minder extreem, kunnen Amerikaanse twintigers momenteel veel sneller carrière maken dan Amerikaanse dertigers en veertigers. Ze doen het wat betreft loonstijging zelfs beter dan babyboomers op hun leeftijd. Europese Gen Z’ers blijven ondertussen achter: zij hebben het in de meeste Europese landen zelfs nog zwaarder dan millennials.
Met andere woorden: de komende jaren wordt de economische Amerikaanse overmacht ten opzichte van Europa alleen maar groter. De vraag is of en hoe Europeanen hun culturele waarden ten opzichte van deze toekomst zullen verdedigen.
Toen ik deze zaterdag aan dit artikel zat te werken, werd ik berispt door de eigenaren van Candle Kids. ‘Pas de laptops le week-end’, zei de barista toen hij mijn koffie bracht. Frankrijk is het eerste land dat paal en perk stelt aan het door Silicon Valley opgedrongen idee van ‘altijd aan moeten staan’: werknemers is het bij wet toegestaan ‘s avonds en in het weekend onbereikbaar te zijn. Parijse koffiezaken nemen deze overtuiging bloedserieus: steeds meer zaken voeren een anti-laptop beleid in het weekend, of hebben bewust geen wifi. Het idee is dat cafés cafés moeten blijven: sociale plekken waar je elkaar kan ontmoeten, in plaats van inloopkantoren waar iedereen verzonken is in zijn eigen scherm.
Het heeft iets knulligs natuurlijk: met je croissant in de hand in opstand tegen het tech-kapitaal. Maar verzet moet ergens beginnen.
Nadat ik mijn laptop dichtklapte vertelde de Amerikaanse jongen naast me over een café in zijn straat, waar ze wel laptops toestonden op zaterdag. Hij was bezig Franse zinnen van Chat GPT op zijn iPhone over te schrijven in een Moleskine schrift.
Later die avond probeerde ik aan de hand van het anti-laptop beleid in café Deux Amis een gesprek op gang te brengen over het versterken van Europese waarden. Maar al snel werd iedereen dronken en ging het gesprek over heel andere dingen. Uiteindelijk nam ik een Uber naar mijn appartement omdat het regende.
Modern Leven is een nieuwsbrief van Doortje Smithuijsen. Vond je deze editie leuk? Abonneer je dan hier. En laten we vrienden worden op Instagram.
Ik volg dit